Uniek fotobehang met jouw eigen foto of ontwerp afgedrukt
 
Ja, dat wil iedereen wel. Als ik bovenstaande foto 1 op 1 op de muur geplakt krijg ben ik spekkoper. En dan plak ik daar weer foto’s van die muur op maar dan net anders. Grootse stappen, niet snel klaar. Maar het idee is wervend, ik zie het al voor me.
 
Bovenstaand is een resultaat, how to do things with fotobehang was het uitgangspunt.
 
Gezocht werd: een afbeelding voor een wandgrote (4,5 bij 5 meter) foto voor op de ateliermuur. Niet als zelfstandig kunstwerk, zoals eerder het lichtwerk la meravigliosa, maar puur als behang, als achtergrond om werken op te hangen en  tentoon te stellen.
 

Als eerste dacht ik te moeten kiezen voor een monstergrote Bambarbizut van mijn hand in vlammend roze, akelig pregnant aanwezig in felle contrasterende kleuren. Dat beeld is radicaal, anarchistisch en prikkelend en als achtergrond geschikt om de tentoonstellingsmuur te ontwhitecuben. Zou mijn werk en/of dat van anderen hierop gehangen de snode figuratie overleven? Bambarbizut als uitgangspunt voor een fijn beeldend experiment. Maar – en dat is wel lastig – ik moet er niet aan denken om voor langere duur in eigen huis verbambiet te worden. Het is niet dat je hem aan of uitzet. Het is Bambarbizut bij de koffie in de ochtend, Bambarbizut bij de koffie in de middag, Bambarbizut bij de koffie in de avond. Ik drink niet altijd koffie.

Goddank word ik geremd door bescheiden gierigheid. Een foto van 4 bij 5 meter aan één stuk danwel in stroken als behang komt op een bedrag tussen de 500 en 700 euro. Omdat ik een serie van minimaal vier verschillende muurprenten wil op een jaar is Bambarbizut als oorspronkelijke muurkoning afgeblazen. Wellicht zoek ik financiering, want het concept om elk kwartaal een vers speeltoneel op te spannen, als achtergrond voor beeldend theater De Zoete Inval, waarvan vooraf niet valt te zeggen of het werkt of wat het doet, blijf ik intrigerend en spannend vinden.

Geen Bambarbiezut op de muur. Maar de queeste naar aangename verpixeling middels color halftone voor op de grote muur bracht interessante grafische resultaten. Om het formaat aansprekend te krijgen is het nodig de bron, een foto van bescheiden formaat 72 dpi, nogal straf te vergroten en te verpixelen. De afbeelding wordt omgezet naar een CMYK drukwerk raster.  Niet zozeer van de Bambarbie zelf – de proefprints daarvan waren fullcolour vooral onaangenaam lelijk en leiden op geen enkele manier tot afzonderlijke werken – maar door nevenschade:  wat er gebeurt bij het omzetten van grotere kleurvelden naar (gekleurde) punten is fascinerend en niet vooraf te voorspellen. Er onstaan gratis en ongevraagd allerlei patronen. En het kan nog fraaier, eens die kleurpatronen omgezet naar grijswaarden.
 
En dat heeft geleid tot een serie nieuwe werken op papier.

Niet te reproduceren op beeldscherm maar bovenstaand geeft een impressie. Een pixelfrisse wonderwereld. Je verzint het niet, stapelingen van patronen brengen nieuwe patronen tot stand. Van een afstand bezien schijnbare monotone grijsvelden maar beter bekeken levendig en met een warm kloppend hart.

Op zoek naar een alternatief beeld voor Bambarbi trok ik oude harde schijven uit de kluis, dorstig naar goud van oud, oude muk uit het verschiet, vergeeld en vergeten en rijp voor recycling. Ik trof een oud nooit gepubliceerd werk waarvan ik dacht dat een opgeblazen detail daaruit weleens zelfstandig furore zou kunnen maken. Dat was Ute mond. Het is wat je ziet. Vaak is het ingewikkeld om jaren later de beweegredenen te achterhalen waarom iets is afgekeurd, hier is het me glashelder. Lijkt nergens op, maar niet op de juiste manier.

Met Ute mond als basismateriaal ben ik na de  vergeefse nijvere experimenten met Bambarbizut aan de slag gegaan. Note to self en voor de liefhebbers: in Photoshop de RGB image omzetten naar CMYK. Dan Layer/Convert layer/Smart object. Vervolgens Filter/Pixelate/Color halftone. Instellingen daar na veel gepiel en eindeloze hoeveelheid prints: pixel radius van 4 en C 105 M 75 Y 90 K 45. Als laatste convert naar greyscale en klaar is Kees. Pak papier, liters inkt en printen maar.

Instellingen met betrekking tot de maat heb ik hier weggelaten. De bron Ute mond is A4. Die is eerst opgeblazen tot dubbel A0 en vervolgens in afzonderlijke delen A3 opgeknipt. Mijn printer pakt A3, zodat alles in huis kan worden verwerkt en afgerond en mooi mozaïek kan worden geplakt.

Eerste werk uit de serie is Ute mond cut-up large. Een opgeblazen detail van een afbeelding in 16 delen A3. Waanzinnig mooie details en de papieren tegels die nooit helemaal precies passen maken het werk tactiel. Om koud op de muur te plakken. Uiteindelijk met lijm – in alle experimenteerdrift en om de positionering in de ruimte te bepalen heb ik kleine stukjes tape op de achterzijde gebruikt.

Het geheel is één beeld, de minitieuze pixelrijke schakeringen maken dat elk los onderdeel zelfstandig staat en leeft.

De tweede volgens dit transformatieconcept is de bewerking van de collage lichtwerk II werktitel Lichtwerk BW large. Lichtwerk II bestaat uit vrije geplakte hergebruikte oude foto’s en transparanten. Een beetje het adagium indachtig elk onderdeel van een meesterwerk is zelf ook weer een meesterwerk heb ik de A3 opgeblazen tot A0 – 3 maal 3 A3. Met net als bij de andere werken uit deze serie het idee dat elke onderdeel, elke print als zelfstandig werk kan worden beschouwd, alsmede het geheel.

Thuis aan de muur hebben wij het werk Alt tag=x hangen, een grid van 5 bij 5 frames chronologisch geordende door mijn zoon Alt op driejarige leeftijd gemaakte foto’s waarbij in vaagheid het bovenste deel van Alt tag=16 fenomenale ledigheid toont. Ik heb werkelijk geen idee meer wat de bron is geweest. Verpakking? Onscherp gefotogafeerd bubbeltjesplastic? We zullen het hem eens vragen.

(Antwoord: “Geen idee. Ik denk een sjaal of zo.”)

Perfect en prachtig bronmateriaal om te hergebruiken. Ik houd er niet van internet leeg te trekken op zoek naar beeld, daar ik een tijk beeldend archief in huis heb dat ettelijke decennia omspant.

Het resultaat heet nogal saai Alt DSCN0148 naar de naam van de bronfoto. Er zijn twee versies: de A0 bestaande uit negen vellen en een A3 Alt DSCN0148 single. Die laatste doet het erg mooi naast Pile of details.

Alle voltooide werken op papier in deze serie zijn ontsloten in de oeuvrecatalogus annex shop  onder de tag pixelfris. Die tag dekt de lading half. Op detailniveau gebeurt er veel, het geheel maakt evenzeer de dienst uit, maar dat is minder onderscheidend. Dat is altijd zo. Of het is troep.

Op atelier hangt nog tot 8 maart 2024 Pile of details en Alt DSCN0148 single in stereo en aan de grote muur hangen – zie de openingsfoto – Alt DSCN0148 en Ute mond cut-up large. Met als bonus een fascinerend donker kleintje op A4, een rest van de proefprints, nog niet ontsloten en niet te onsluiten, want het bronbestand is niet bewaard.

En toen vroeg een hoog geplaatst persoon, van wie ik de identiteit ik niet zomaar mag onthullen: “Ja maar zomaar plakken op de muur, is dat niet zonde, het gelijk wel kunst…” Het is ook kunst. Het gegeven dat de prints koud op de muur geplakt worden maakt essentieel onderdeel uit van het werk. Wat niet wegneemt dat de rechtmatige eigenaar met de werken kan doen wat hij of zij wil. Je kunt met een Picasso ook een lekkend dak dichten, gesteld dat het dak lekt. Het is een duur dichtmiddel en ik denk dat bitumen beter werkt maar het kan. Of een Baselitz op zijn kop hangen, als je de eigenaar bent, dat kan ook. Ik timmer niets juridisch dicht.

Bijkomend voordeel is dat de lijst evenveel kost als het werk, met dit verschil dat daar alleen de lijstenmaker aan verdient.

Share this: